“Wat overblijft. Herinneringen
niet groter dan een postzegel
die ik koester.”
Bron: De kleine blonde dood (1985)
Boudewijn Büch is onder het grote publiek vooral bekend als televisiemaker van het reisprogramma De wereld van Boudewijn Büch en om zijn wekelijkse bijdrage bij Barend en Van Dorp, waar hij met witte handschoentjes bijzondere boeken presenteerde. Büch is ook de schrijver van een veelheid aan romans, waarvan De kleine blonde dood, dat ook is verfilmd, de meest bekende is. Naast televisiemaker en schrijver van romans was Büch ook columnist, schrijver van een grote verscheidenheid aan artikelen en voorwoorden, dichter en verzamelaar. Hij heeft meer geschreven dan iemand ooit kan verzamelen. Alleen zijn primaire werk telt al meer dan vijftig titels.
Korte biografie
Boudewijn Maria Ignatius Büch wordt op dinsdag 14 december 1948 geboren in de Bethlehemkliniek in Den Haag. Hij en zijn vijf broers, Richard, Arthur, Menno, Patrick en Helmar, groeien op in Wassenaar waar hij ook de lagere school doorloopt. Zijn ouders scheiden na een turbulent huwelijk als hij veertien jaar is. Büch heeft in zijn ontwikkeling veel last gehad van het turbulente huwelijk en de scheiding van zijn ouders.
De middelbare schooltijd brengt Büch door op het St-Bonaventuralyceum in Leiden waar hij aan de schoolkrant De Vonk gedichten instuurt. Al spoedig brengt hij het tot hoofd-redacteur en krijgt het schoolblad een meer professionele opzet. Het begin van zijn schrijversloopbaan is hier (1964-1965) feitelijk begonnen. De ‘Vonken’ behoren onder verzamelaars tot de meest gezochte items van zijn werk. Zijn bijzondere vriendschap met Peter van Zonneveld ontstaat hier en daarmee ook zijn passies voor onder meer: Goethe, Bilderdijk en Joyce.
Na de middelbare school gaat Büch in Leiden wonen en hoewel hij wel colleges volgt, staat hij nooit ingeschreven aan de Leidse universiteit. In Leiden heeft hij een bewogen en snel leven. Hij woont al jong op kamers. Zijn eerste woning betrekt hij boven het antiquariaat van ‘het vieze mannetje’ op de Lange Brug. Via een kamer op de Haarlemmerstraat waar hij een jaar boven een slager woont en de Kennedylaan, waar hij twee jaar met vrienden Paul en Atty Westgeest een kamer deelt, betrekt hij een kamer bij de commune De Bange Duivel (eerst op de Kruisstraat, later op de Koningsstraat). Na een ruim jaar verruilt hij deze bewoning weer voor een meer eigen plek en twee kamers bij de familie Kisman op de Sitterlaan. Zijn laatste woning in Leiden is een huis in de Bakker Korffstraat dat hij samen met broer Patrick opknapt tot een klein paleisje: De blauwe salon. Hier woont hij ook enige tijd samen met zijn muze Bernadette Gallis.
Later verhuist Büch naar Amsterdam en betrekt hij panden aan de Keizersgracht op volgorde van bewoning: nummer 642-644, nummer 40 en als laatste betrekt Boudewijn nummer 149.
Schrijverschap
In zijn studententijd is Büch medewerker en redacteur van het Leidse studentenblad Mare en van het Amsterdamse studentenblad, Folia Civitatis. In 1975 debuteert Büch in het literaire tijdschrift Maatstaf met enkele gedichten en in hetzelfde jaar krijgt hij het aanbod om als poëziecriticus te beginnen bij het Literaire tijdschrift Hollands Diep. Zijn officiële debuut komt een jaar later met zijn eerste gedichtenbundel Nogal droevige liedjes voor de kleine Gijs. Büch schrijft daarna vele gedichten en brengt nog verschillende dichtbundels uit, waaronder De taal als blauw, de Sonetten en Nohant. Zijn eerste roman De blauwe salon verschijnt in 1981. Dit autobiografisch werk wordt gevolgd door autobiografisch getinte romans als De kleine blonde dood (1985), Links (1986), Het Dolhuis (1987), De rekening (1989), de Hel (1990), Geestgrond (1995) en De bocht van Berkhey (1996). Naast de autobiografische romans publiceert Büch ook een veelheid aan romans die vol staan met ‘weetfeitjes’, een woord dat hij zelf bedenkt en de wereld inbrengt. Voorbeelden hiervan zijn: de Eilandenreeks, Brieven aan Mick Jagger (1988), Goethe en geen einde (1990) Bibliotheken (1994), Een boekenkast op reis (1999), De Wereld in een vitrinekast (2001), de Goethe industrie (2002) en Steeds verder weg (2002).
Televisiemaker
In 1982 wordt Büch gevraagd om als reporter te komen werken voor het VPRO-radioprogramma VPRO-boeken. Uiteindelijk krijgt hij bij de VARA het aanbod om een serie boekenprogramma’s voor televisie te maken. Het programma heet in eerste instantie De verwondering, maar wordt later omgedoopt tot Büch. Door zijn boekenprogramma wordt Büch populair bij het publiek en gezien als een ‘mandarijn’ op boekengebied. Ook is hij een groot kenner en fan van het werk van de Duitse dichter Goethe. Ook thema’s als Columbus, Napoleon, rock and roll, eilanden, James Cook en Stevenson fascineren Büch. Hij weet er met veel enthousiasme en kennis over te vertellen en inspireert menig kijker tot het lezen van boeken over deze onderwerpen.
Verteller en cabaretesk toneel
Ook in de theaters heeft Boudewijn zijn sporen nagelaten. Het eerste theaterprogramma waarmee hij door Nederland toert, is: Büch denkt hardop (1995-1996), gevolgd door Verschrikkelijk gemeen (1996-1997), Een avondje televisie (1997-1998), Hoe word ik schrijver? Een cursus (1998-1999), Op reis theatertoer 2001 en 2002-2003 Boudewijn Büch op reis – een diavoorstelling zonder dia’s. Deze laatste tour zal hij niet vervolmaken. Voor het einde van de tour komt Boudewijn te overlijden.Boudewijn overlijdt op 23 november 2002 veel te jong op 53-jarige leeftijd aan een hartstilstand in zijn grachtenwoning in Amsterdam. In eenzaamheid zoals velen zullen zeggen.
Mystiek
Büch fabuleerde veel in en over zijn leven. Hij was een groot en meeslepend verteller, discussieerde met vrienden over een veelheid aan onderwerpen en stak hen in kennis graag naar de kroon. Hij kon uren rustig zitten lezen, maar ook druk, enthousiast en passievol vertellen. Hij maakte met vrienden graag grappen en grollen; ze daagden elkaar uit en hielden elkaar voor de gek. Büch maakte verhalen soms groter dan ze waren en versmolt eigen jeugdverhalen met de gebeurtenissen en ervaringen van anderen tot ‘zijn waarheid’ en schreef erover in romans. Hij is nooit afgestudeerd in tegenstelling tot de titels op zijn briefpapier die anders doen vermoeden. Zijn vrienden wisten dat hij soms overdreef of zaken groter maakten dan ze waren, maar hielden van hem en bleven dat doen. Zo was Boudewijn en niemand maakte zich er druk om.
Soms is Büch in zijn fabuleren te ver gegaan. Zo liet hij zijn goede vriend Harry Prick betalen voor het uitstrooien van de as van zijn zoon, de kleine ‘Micky’. Pas na Büchs dood blijkt dat de kleine Mickey uit de roman De kleine blonde dood staat voor Boudewijn Iskander die geen zoon van Büch bleek te zijn. Boudewijn Iskander is tot op de dag van vandaag in leven en heeft een goed contact met zijn vader Koen Pronk. Büch heeft wel korte tijd een halve relatie gehad met de moeder van Boudewijn Iskander en het is niet onmogelijk dat Büch lange tijd gedacht heeft dat Boudewijn Iskander zijn zoon was. Toen hij vernam dat Boudewijn Iskander niet zijn zoon was (en hij wellicht de jongen niet meer mocht zien) heeft hij de jongen symbolisch laten sterven. Het is een theorie die ik niet hard kan maken, maar de diepe smart en het grote verdriet van Büch toen ‘Mickey’ overleed, is door vrienden als uiterst oprecht en echt getypeerd.
Ondanks het verdriet dat Prick voelde over Büchs leugen en de betaling voor het uitstrooien van de as van Mickey, schreef hij een liefdevolle biografie over Büch: Een andere Boudewijn Büch, terugblik op een vriendschap.
Handelsmerk Büch
Büchs handelsmerk in alles is zijn enorme enthousiasme en tomeloze passie. Als een kleine jongen zo enthousiast, is hij in zijn eerste televisieoptreden in het boekenprogramma van de VARA, in alle afleveringen van de Wereld van Boudewijn Büch, alsook in zijn optreden bij Barend en Van Dorp waar het grote publiek hernieuwt kennis maakt met Boudewijn. Ook in zijn weetjesboeken straalt het enthousiasme je toe en rijgt Boudewijn minieme details aaneen tot een stortvloed van woorden en tot verhalen vol passie: Hij is een zeer enthousiasme verteller.
Büch is inspirerend en brengt een lach op het gezicht van veel mensen die naar hem kijken en luisteren. Hij voert vaak de spot met zichzelf in één van de afleveringen van De wereld van Boudewijn Büch of in één van zijn toneelvoorstellingen. We zullen hem niet vergeten.
Karin Piters